‘De Volheid’ heeft Succes in zich.
De koning bereikt haar.
Wees niet droevig,
wees als de zon op het middaguur.
Als de zon op de zenit staat, begint zij te dalen.
Als de maan vol is, begint zij al af te nemen.
Het vol-Zijn en leeg-Zijn van hemel en aarde,
neemt in de loop van de tijden af en toe.
Des te meer is dit ook het geval bij mensen, geesten en goden.
‘De Donder’ en ‘Het Vuur’ (de bliksem) komen beide:
het beeld van ‘De Volheid’.
Zo onderscheidt de eenling de processen, en wij voeren de straffen ook uit.
‘De Donder’ rechts is de beweging; het triplet ‘Het Vuur’ links heeft als eigenschap helderheid. Van binnen licht en helderheid, naar buiten toe beweging, dat brengt grootheid en overvloed. De Tijdsgeest toont ons een climax aan culturele verdiensten. Toch ligt in het gegeven, dat het hier om een hoogtepunt gaat, tezelfdertijd het feit dat deze buitengewone situatie van overvloed en volheid niet altijd zo kan blijven. Waar bij tijdsveld 21, ‘Het Doorbijten’, sprake is van een overwinnen van een hindernis, is dat in dit Tijdsveld al gebeurd. Grootheid en hoogtepunten hebben intrinsiek het gevaar in zich dat zij de neiging hebben tot een omslag in hun tegendeel, een enantiodromie. Dit tijdsveld is een duidelijke metafoor voor de veranderlijkheid van al het leven op aarde. Er zijn in deze tijd uiteindelijk vele gelegenheden voor zorg en verdriet. De Perzische dichter en filosoof Roemi schrijft: ‘Alles bestaat bij de gratie van zijn tegendeel. Waarom smaakt honing zoet? Omdat azijn zuur smaakt. Vrijgevigheid komt voort uit het oog, niet uit de hand. Het gaat om het zien. Alleen wie ziet wordt gered.’
Als wij een plaats en positie krijgen, of als wij een thuis gevonden hebben, dan worden wij stellig groot. Daarom is het volgende tijdsveld: ‘De Volheid’. Volheid betekent veelheid, grootheid. Volheid betekent vele aangelegenheden.