De Terugkeer. Succes.
Feilloos uitgaan en ingaan.
Vrienden komen zonder schuld.
Her en der gaat de weg van het leven.
Op de zevende dag komt de terugkeer.
Het is Veelbelovend om een plaats te hebben,
waar we heen kunnen gaan.
‘De Donder’ binnen in ‘De Aarde’: het beeld van ‘het Keerpunt’.
Zo sloten vroeger de koningen de passen ten tijde van de zonnewende.
Handelaren en vreemdelingen reisden niet,
en ook de heerser bereisde de provincies niet.
De tijd van een keerpunt blijkt uit het feit dat, nadat de donkere (nullen) plaatsen al het lichte naar buiten toe uitgedreven hebben, nu weer het Grote Licht van binnenuit het tijdsveld weer binnenkomt. De tijd van de duisternis is voorbij. De zonnewende brengt de overwinning van het Licht. Het tijdsbeeld hoort bij de elfde-twaalfde maand van het jaar, de periode van de winterzonnewende. Terugkeren betekent terugkomen. Het is de stam, de basis van ons karakter. Wij kunnen ons steeds heruitvinden, ons herpakken, het Licht vinden in ons-Zelf. In de diepte van de innerlijke psyche is het iets kleins, en toch te onderscheiden van alle uiterlijke dingen. De Terugkeer zorgt voor zelfkennis, voor de herinnering aan wat we zijn, aan dàt Ene Licht, die Ene Kern, de oorspronkelijke innerlijke aanleg van ons wezen, weg van de verwarring van de uiterlijkheden van de buitenwereld. HetENE (her)kennen betekent zichzelf zien in de verhouding tot de kosmische krachten. Het is nog maar in de kiem aanwezig, een begin en een mogelijkheid, maar wel duidelijk te onderscheiden van alle objecten. Dit Ene is de omhoogstijgende levenskracht in de natuur en in de mensen. Het triplet ‘De Donder’ neigt naar rechts; het triplet ‘De Aarde’ naar links. In het midden vinden zij elkaar, is er dus contact, verbinding en vereniging.
De dingen kunnen niet voor altijd vernietigd blijven. Als iets in het uiterste, aan de ene kant -naar buiten toe- helemaal is versplinterd, komt het aan de andere kant -van binnen uit- weer tevoorschijn.