Tijdsveld 4 – DE JEUGDDWAASHEID

0 1 0  0 0 1

Binnen (links): Het Water

Buiten (rechts): De Berg

Decimaal stelsel (partner): 17

Het Advies

Jeugddwaasheid heeft Succes in zich.
Niet ik zoek de jonge dwaas,
de jonge dwaas zoekt mij.
Bij het eerste kijken geef ik antwoord.
Twee-, driemaal waarnemen is lastigvallen.
Wie mij lastigvalt, toon ik geen inzicht.
Veelbelovend is de Stabiliteit van een eenling.

duiding

In de jeugdjaren is dwaasheid niet erg, wij kunnen later toch nog slagen. Wij dienen een ervaren leraar te vinden en die op de juiste manier te benaderen. Dat betekent in de eerste plaats dat een jeugdige dwaas, een blinde dwalende, moet weten dat hij niets weet, door een gebrek aan ervaring. Indien wij deze bescheidenheid en deze belangstelling missen, is er geen waarborg dat wij onze leraar met de nodige eerbied en bescheidenheid tegemoet treden en dat wij ontvankelijk zullen zijn voor die zijn lessen en adviezen. Vandaar dat een leraar moet wachten tot anderen hem opzoeken en dat hij zich niet uit eigen beweging moet aanbieden: alleen zo zal die zijn lessen op het juiste moment en op de juiste wijze kunnen geven. Het antwoord, dat de leraar op de vragen van de leerling geeft, moet duidelijk en beslissend zijn. Het antwoord moet dan wel worden aanvaard als een positief advies, die een eind maakt aan alle twijfel. Wantrouwend of gedachteloos verder vragen is niets anders dan een leraar lastigvallen, en die kan dan maar beter zwijgen, zoals ook een orakel slechts één antwoord geeft en niet meer reageert op experimentele vragen van een eeuwige twijfelaar. Als hier nog de volharding bij komt, die niet rust voordat wij het inzicht punt voor punt in ons hebben opgenomen, kunnen wij van een goed resultaat zeker zijn. Het tijdsveld bevat dus raadgevingen voor zowel de leerling als voor de leraar. De ultieme kennis is wat het getal vier (van het tijdsveld) al in zich (ver-)bergt, namelijk dat HetENE ook het enige is; ‘de vier-eenheid’ van HetENE (1+2+3+4=10=1+0=1). Zhuangzi zegt het zo: ‘Eigenlijk is er voor alle dingen geen sprake van bestaan of ten gronde gaan, maar gaan ze terug tot het alomvattende ENE. Slechts diegene die dit doorschouwt weet dat ze allemaal één zijn.’

Wijsheid van handelen: De Natuurwet

Aan de voet van ‘De Berg’ ontspringt ‘Het Water’ van een bron:
het beeld van de jeugd.
Zo ontwikkelen wij als eenling ons karakter,
door diep en grondig te werk te gaan.

duiding

Het water uit de grond begint te vloeien en kan de stilstand overwinnen, door alle diepe plaatsen, die het op zijn weg ontmoet, van de grond af op te vullen. Evenzo is grondigheid de weg tot karaktervorming: grondigheid, die niets overslaat, maar gaandeweg en gestadig, gelijk het water, alle leemten opvult, en op die manier vooruit komt.

De Afzonderlijke Plaatsen
Een 0 op de eerste plaats betekent beklemmen:

Om een blinde dwaas te ontwikkelen,
is het Voordelig om hem discipline bij te brengen.
Wij moeten de boeien afnemen.
Zo verdergaan brengt ons schaamte. 

Bij het begin van de opvoeding staan de regels en de wetten; de conditionering. De onervarenheid van de jeugd heeft de neiging, eerst alles lichtzinnig op de nemen, als een spel. Wij dienen hen op de ernst van het leven te wijzen. Door strenge discipline kunnen wij vooral leren hoe wij de focus dienen te leggen op hoe wij onze krachten kunnen bundelen. Wie het leven als een spel blijft zien, zal niet goed terecht komen. De discipline hoeft niet te ontaarden in drillen, want dat werkt uiteindelijk vernederend en verlammend. Al te streng zijn heeft een omgekeerd effect. Het is de vrije ‘doen-alsof’ keuze, voor een eigen strikte beperking, die het leven (het verschijnsel) uiteindelijk zijn afbakening en waarde geeft.

(Resonantie bij synaps 1 – Veld 41, De Vermindering)

Een 1 op de tweede plaats betekent beschermen:

De dwazen in mildheid verdragen, brengt geluk!
Mensen weten te nemen, zoals zij zijn, brengt geluk!
De eenling is opgewassen tegen de alledaagse aangelegenheden. 

Hier wordt iemand getoond, die geen uiterlijke macht bezit, maar die over de nodige ruime innerlijke geestkracht (wijsheid) beschikt om de op hem of haar rustende verantwoordelijkheid te dragen. Wij bezitten hier het innerlijk psychisch en rationeel overwicht en ook de kracht, die ervoor zorgt dat wij de menselijke dwaasheden en onvolmaaktheden in mildheid kunnen verdragen. Deze gesteldheid houdt in dat wij de mensen weten te nemen zoals zij zijn, en hen kunnen waarderen met een zekere ridderlijke toegeeflijkheid. Alleen met deze vorm van tolerantie, die innerlijke kracht (afgrenzing, neen-zeggen) en uiterlijke terughoudendheid verenigt, is het mogelijk om de leiding over een groter maatschappelijk organisme op ons te nemen, en is het mogelijk om daarmee werkelijk Succes te boeken.

(Resonantie bij synaps 2 – Veld 23, De Versplintering)

Een 0 op de derde plaats betekent betoveren:

Neem geen partner,
die zich al niet meer kan beheersen,
als die nog maar een sterke persoonlijkheid voor zich ziet.
Niets is gunstig.

Een zwak, onervaren mens, die hoge dingen nastreeft, verliest al vlug zijn persoonlijke karaktersterkte als die, opkijkend naar een sterke persoonlijkheid, deze slaafs en vol adoratie imiteert. Zo iemand gelijkt op een mens die zich vergooit als die nog maar een sterk mens ontmoet, en er onmiddellijk verliefd op wordt. Tegenover zo’n impulsieve en onvrije toenadering past geen toegevendheid. Daarmee zou noch de verliefde jongeling noch de opvoeder gebaat zijn. Een mens is het aan zijn waardigheid verschuldigd, een aanzoek af te wachten. In beide situaties is het hoe dan ook onwaardig om zichzelf aan te bieden, en is het ook niet goed om zo’n opdringerige aanbod aan te nemen. Niet dat iets niet mag of niet zo zou moeten zijn, maar de situatie is op die manier, en op dit moment, niet in harmonie met de tijdsgeest.

(Resonantie bij synaps 3 – Veld 18 , Werk aan het Bedorvene)

Een 0 op de vierde plaats betekent verdwalen:

De jeugddwaasheid van een beperkte geest brengt schaamte. 

Voor jeugdige blinde dwazen en verslaafden is niets hopelozer dan in hersenschimmen verstrikt te raken. Hoe eigenzinniger zij zich dan vasthouden aan de ideeën, die zich eenmaal in hun hoofd hebben gezet, en die met de realiteit niets te maken hebben, des te zekerder zal schaamte hun deel zijn. Wanneer wij in deze situatie zelf eenling zijn, en zo’n beperkte geest tegenover ons hebben, kunnen wij vaak niets anders doen dan de blinde dwalende aan zijn lot overlaten en hen de schaamte, die het gevolg van hun gedragingen zal zijn, niet besparen. Dat is vaak de enige mogelijkheid om onszelf te beschermen (en om hen te laten groeien).

(Resonantie bij synaps 4 – Veld 64, Voor de voleinding)

Een 0 op de vijfde plaats betekent verwonderen:

Kinderlijke dwaasheid brengt geluk.

Een onervaren mens, die kinderlijk en zonder pretenties onderricht en wijsheid zoekt, verkeert in een gunstige positie. Want wie zich in deze situatie zonder aanmatiging overgeeft aan de leiding van een leraar of wijze, of aan HetENE Zelf, zoals het-is, zal zeker vooruit komen.

(Resonantie bij synaps 5 – Veld 59, De Oplossing)

Een 1 op de zesde plaats betekent voorkomen:

Bij het bestraffen van de dwaasheid is het niet Voordelig,
overtredingen te begaan.
Veelbelovend is alleen, als wij overtredingen kunnen weren.

Onder bepaalde omstandigheden moet een onverbeterlijk blinde dwaas worden bestraft: wie niet horen wil, moet voelen. Straf is iets anders dan wakker schudden in het begin. Maar het opleggen ervan mag niet in onbeheerste woede gebeuren: wij dienen ons te beperken tot een objectieve afweer van onrechtmatige excessen. Straf is nooit een doel op zichzelf, dat zou sadisme zijn, maar mag slechts dienen om een normale situatie te herstellen. Dit geldt zowel voor de opvoeding, als voor maatregelen van een regering tegenover de bevolking, die zich aan overtredingen van de wetgeving heeft schuldig gemaakt. Het ingrijpen van een regering of een wetgever dient nooit anders dan corrigerend te zijn, en wil het herstel van de openbare orde en veiligheid als enig doel voor ogen hebben. Wij kunnen hierbij denken aan de woorden van de wijze Zenleraar Bodhidharma: ‘Ga voorbij taal. Ga voorbij gedachten. Zien, horen en kennen zijn fundamenteel volmaakt leeg. Je woede, vreugde of pijn is als die van een marionet. Je kunt zoeken, maar je vindt niets. Maar als je weet dat de aard van woede en vreugde leeg is, en je hen laat gaan, dan ben je vrij. Als al de verschijnselen van de geest even transparant zijn als ruimte, zijn zij verdwenen.’

(Resonantie bij synaps 6 – Veld 7, Het Leger)

Betekenis: De Tijdsgeest van het moment

Op twee manieren wordt in de tijdsveld de jeugd en de blindheid aangetoond. Het buitenste triplet heeft als beeld ‘De Berg’, het binnenste heeft als beeld ‘Het Water’. Het geheel is de bron die aan de voet van de berg ontspringt, en is het beeld van de onervaren jeugd. De eigenschap van het buitenste triplet is ‘het Stilhouden’ (verbergen, verzwijgen), die van het binnenste ‘de afgrond’ (het gevaar). Het stilhouden voor een gevaarlijke afgrond is ook het symbool voor de dwaasheid van de jeugd die van geen raad wil weten. Dit doet ons denken aan de uitspraak alea iacta est (L. de teerling is geworpen) van de Romeinse legerleider Caesar die in 49 voor Christus voor de Rubicon halt hield en wist, eenmaal ik deze rivier oversteek, dan is er geen weg meer terug. De beide tripletten geven ook aan hoe de jeugdige dwaasheden overwonnen kunnen worden: het water is iets, dat noodzakelijkerwijze verder stroomt. Al weet het water bij zijn eerste opwellen nog niet waarheen het zal gaan, door aanhoudend verder te stromen vult het de diepte, die zijn loop belemmert, en kan aldus vervolgens zijn doel bereiken.

Algemeen: VOLGORDE VAN DE TIJDSVELDEN

Nadat onder moeilijkheden bij de aanvang de verschijnselen zijn geboren, zijn zij de eerste tijd steeds in onwetendheid en blindheid gehuld. Daarom is het volgende tijdsveld: ‘De Jeugddwaasheid’. Want ‘De Jeugddwaasheid’ beduidt de onwetendheid van de jeugd. Dat is de jeugdtoestand van de verschijnselen. ‘De Jeugddwaasheid’ beduidt verwardheid en daarop volgend het innerlijk inzicht. Aanvankelijk is de natuurlijke aanleg nog onontwikkeld; de verschillende kwaliteiten en talenten liggen nog chaotisch door elkaar. Opvoeding leert onderscheiden, en klaarheid treedt in de plaats van onwetendheid. De duistere onwetendheid wordt weergegeven door ‘Het Water’, het onpeilbare van het innerlijke binnenste; het inzicht en klaarheid wordt weergegeven door ‘De Berg’ (van kennis) van het buitenste triplet.