‘Voor de Voleinding’: Succes.
Als echter de kleine vos,
als hij de overtocht bijna heeft volbracht,
met de staart in het water komt,
dan is er niets dat Voordelig zou kunnen zijn.
‘Het Vuur’ is boven ‘Het Water’:
het beeld van een toestand voor de overtocht.
Zo is de eenling voorzichtig bij de onderscheiding der dingen,
opdat alles op zijn gepaste plaats komt.
Dit tijdsveld toont ons een tijd, waarin de overgang van wanorde naar orde bezig is, maar nog niet is afgerond. De ommekeer is weliswaar voorbereid, in zoverre dat alle lagen van het buitenste triplet ‘Het Vuur’ in relatie staan met die van het binnenste triplet ‘Het Water’. Maar zij zijn nog niet op hun effectieve correcte plaats. Terwijl het vorige tijdsveld op de herfst lijkt, die de overgang van de zomer naar de winter vormt, is dit tijdsveld te zien als de lente, die uit de verstarring van de winter naar de vruchtbare tijd van de zomer leidt. Met dit hoopvolle uitzicht besluit HetKB.
De verschijnselen kunnen zich niet geheel uitputten, vandaar dat het volgende en laatste tijdsveld ‘Voor de Voleinding’ is. Het tijdsveld is tegelijkertijd omkering en tegendeel van het vorige. Ook de kerntripletten ‘Het Water’ en ‘Het Vuur’ zijn omgewisseld. Het tijdsveld stelt dan ook de overgang voor van het tijdsveld 12, ‘De Stilstand’ naar tijdsveld 11, ‘De Vrede’. Uiterlijk gezien ligt hier geen van de lagen op haar plaats, maar zij staan wel alle in contact met elkaar. Bij de uiterlijke verschijning in-de-wereld van een volslagen wanorde, is de orde innerlijk (in HetENE) altijd al symmetrisch, in de kiem en op de achtergrond, gevormd.